- 230 -

 

 

-- Luitenant, zo koud heb ik het nog niet geweten, knarsetandde Delathouwer al saluerend, die daar al een half uur de verzameling stond te regelen.

-- Een geluk dat we in de marine van alle noodzakelijke uniformen zijn voorzien. Waar zijn uw instructeurs? klappertandde henry terug.

-- Die zijn de munitie en met de chauffeurs de camions aan het inspecteren.

-- Goed, eerste meester-chef. Elkeen moet het maximum van winterkledij dragen. Aan de kust zal het immers nog erger zijn dan hier.

-- Dat had ik ze vóór de verzameling al meegedeeld. Ik heb de onderofficieren al gecontroleerd en zij zullen de matrozen controleren.

-- Zeer goed. Breng me asap verslag uit. Instijgen en vertrekken binnen vijftien minuten. Gij kent 't best de weg, dus gij moogt op mijn plaats zitten als konvooieur van de eerste camion. Daar zit ge ook ietsje warmer. Let op de snelheid en geen risico's nemen. Ik zal plaatsnemen in uw camion achteraan bij de matrozen.

 

Na een voorzichtige rit van vierenveertig kilometer in de open camions stegen de verstijfde mannen uit in Lombardsijde. Terwijl henry zich begaf naar de verantwoordelijke officier van de schietstand, een corpulente kapitein-commandant van de landmacht die een verwarmde uitkijkpost had bovenop een heuveltje, verzamelden de artilleristen zich in groepjes aan de kanonnen van bakboord en stuurboord. Hun rode aangezichten kregen het nu nog harder te verduren van de ijskoude zeewind, die hen vanuit het zeegat om de oren striemde.

-- Alles oké, chef? vroeg henry bij zijn terugkeer.

-- Neen, luitenant, ons doel ligt vol vissersboten. We moeten wachten tot wanneer ze weg zijn.

-- 'k Had het al gezien. Hoelang zal dat duren?

-- 'k Weet het niet. Wij verwittigen hen telkens als we komen schieten en op zo'n dag mogen ze daar niet vissen.

-- 't Zijn er werkelijk veel, constateerde henry terwijl hij door zijn verrekijker de situatie bekeek.

-- Ja, op de zeebodem ligt daar veel verschoten munitie en dat trekt veel vissen aan. Vandaar... En we moeten er rekening mee houden, dat al onze munitie moet op zijn vóór we vanavond vertrekken. Elke kanonnier moet in de training een bepaald aantal obussen hebben afgevuurd. 'k Heb het gisteren nog berekend.

-- Ja, ja. De QM aanvaardt geen teruggave. En we hebben al zoveel tijd verloren met die gladde wegen...

De kalme luitenant oefende normaal veel geduld. Maar nu, nadat hij een uur lang zijn mannen had zien klappertanden en nadat hijzelf de vingertoppen en tenen niet meer voelde, begon zijn welbekende en zo gevreesde maar verdoken gemoedsstemming, die hij van Blondine had geërfd, naar boven te komen. Hij bekeek nog een laatste keer de vissers door zijn kijker.

-- Delathouwer, onze mannen zijn aan het bevriezen en onze munitie moet op. We gaan niet langer meer wachten.

-- We kunnen niet anders...