- 256 - |
|||||||||
-- Dan wordt het hoog tijd, nietwaar? Ge moet toch eens beginnen. Wat denkt ge: binnen een paar maanden? In de herfst. Laat me eens kijken in mijn agenda... 'k Geef u de beste periode: van 20 oktober tot 23 november. De werken ingekaderd natuurlijk. -- Oké. 'k Ga dat even in mijn Succesagenda noteren... A propos, mag ik u iets aanbieden? -- Hela, hela. dat is vriendelijk, maar 't is wel aan mij om voor ú iets te laten inschenken, hé. Jean, breng eens een whisky-cola en een cognac. -- Ge kent nog goed mijn voorkeur, lachte henry. -- De smaak van de officieren van de zeemacht ken ik: de Red Label, hé. Ten andere, ik blijf altijd de voorliefde van mijn preferees onthouden. Dat vereist mijn job. Goede klanten moeten gesoigneerd worden. -- Maar, René, gij zijt me nu toch wel een beetje aan het verwennen. Is dat niet de Black Label? -- Awel, ja, ik doe er nog een schepke bovenop, hé. Zijt ge mijn kozijn of zijt ge 't niet? De Black Label is nóg ietsje zachter, dus... -- En ook duurder: een Johnnie Walker van twaalf jaar! Bedankt voor de attentie, maar in whisky-cola proeft ge eigenlijk 't verschil niet. 't Is daarom dat de zeemacht... -- 'k Weet het. Chapeau voor de zeemacht! Laten we drinken op de zeemacht. Santé! -- Santé! Op de zeemacht en op de kunst!
Op
deze eerste expositie in 1973 toonde henry vierentwintig werken. Hij was nog
niet bekend in de kunstwereld en dit had het voordeel, dat hij tijdens zijn
tentoonstelling ongemerkt vanuit een salonzetel in de hoek de reacties van de
bezoekers kon gadeslaan. Tot z'n voldoening zag hij
dat zijn werken zeer geapprecieerd werden. Elke week werd hij
bovendien vermeld in 'Het Gents Advertentieblad', dat een aparte rubriek
over kunstgalerijen publiceerde.
Mensen begonnen hem aan te wijzen met 'de
marineofficier die kunstschilder is'. "En over honderd jaar zal men
spreken over de kunstschilder die marineofficier was", beloofde henry.
Hoewel hij de boot zo veel mogelijk af hield, geraakte henry toch in een
stroomversnelling. Op 7 januari 1974 was hij zelfs uitgenodigd door prins Karel in 'Het Cooremetershuijs' op de Graslei te Gent.
Kort nadien drong men bij de officier-kunstschilder erop aan, om tijdens zijn grote vakantie in augustus met twee schilderijen deel te nemen aan de Provinciale Schilderswedstrijd in Lokeren. Om de 'officiële kunstwereld' eens af te tasten, |
|||||||||