|
Over de
betekenis en de techniek van 'Het Lam Gods' bestaan dikke boeken. Wie
hierover iets wil vernemen, raden we aan een artistieke pelgrimstocht te
ondernemen naar de St.-Baafskathedraal te Gent, waar
dit reusachtig veelluik te zien is. Wij beperken
ons tot de sensationele geschiedenis van dit schilderij.
Het werd geschilderd door de gebroeders Van Eyck te Gent. Hubert Van Eyck
begon eraan en Jan Van Eyck heeft het beëindigd op verzoek van de Gentse
ridder Judocus Vijd. Op 6
mei 1432 werd het in de familiekapel van deze mecenas in de St.-Baafskathedraal ingewijd. Kort daarop werd Vijd burgemeester.
In 1566 werd Gent overmeesterd door de Beeldenstormers. Om aan de Calvinisten
te ontsnappen, werd Het Lam Gods in de St.-Baafstoren
gehesen en daarna overgebracht naar het stadhuis. Uiteindelijk ontdekten de
Protestanten het toch en wilden het aan Koningin Elisabeth van Engeland geven
als dank voor haar geldelijke steun tijdens de opstand. De familie Triest
bemiddelt echter en kan het gemeentebestuur overtuigen van dit plan af te
zien.
In 1781 bezoekt de preutse Keizer Jozef II de St.-Baafskathedraal
en ergert zich aan de naaktheid van Adam en Eva. De twee panelen worden
verbannen naar een eenzame ruimte in de kathedraal.
In 1794 vallen de Franse Republikeinen Gent binnen en nemen de vier
middenpanelen mee naar een museum in Parijs. Napoleon verliest op 18 juni
1815 de Slag bij Waterloo, waarna de hertog van Wellington ze terug naar Gent
laat brengen.
In 1816 beging het Kerkbestuur een grove flater. Terwijl de middenpanelen
terug in de kapel van Joos Vijd stonden, verkocht
dat bestuur de zijpanelen, die nog in de archiefzaal waren opgeborgen, voor
100 frank per paneel! De koopman verkocht ze door aan een Engelsman. Deze
verkocht ze aan de Koning van Pruisen, waarna ze in het Museum van Berlijn
terechtkwamen. Omdat ze aan weerskanten beschilderd zijn, zaagde men ze er in
de dikte middendoor om de beide zijden gelijktijdig te kunnen tonen!
|
|