- N,m6,h7,7 -

 

 

 

 

 

 

 

De ogen van de SS'er puilden uit van woede. Die kleine Gentenaar durfde het aan om de Duitse zusters te beschuldigen van diefstal! Zoiets had hij nog nooit meegemaakt.
Nu waren ook Schwester Margareta en Schwester Hilde uit hun stoel recht gesprongen en protesteerden heftig.


-- Durft gij zó iets zeggen?!
-- Ja! Dát is de waarheid, weergalmde Edmonds antwoord. Hij dacht: 't Is al of niets, 't is erop of eronder, en hij begon even hard te schreeuwen als die Duitser. Dat is de enige mogelijkheid om hem te overbluffen, redeneerde hij.
-- De waarheid? Bewijs die waarheid, beval de SS'er.
-- Schwester Margareta en Schwester Hilde zijn de enigen die de sleutels bezitten van de voorraadkamers. Zij, en alleen zij kunnen dus het voedsel gestolen hebben!


Van zulke keiharde redenering viel de SS-officier achterover in de bureaustoel. Met open mond zat hij naar Edmond te staren. En daarna bekeek hij de twee Schwestern.


-- Ik heb hem enkele maanden geleden brood zien geven aan een oud vrouwtje, stamelde Margareta ter verdediging.
-- Dat kan niet, reageerde Edmond die pas nu wist dat Margareta deze kleine bijstand had opgemerkt. Zijn hersenen werkten nu op topsnelheid. Dat kan niet, herhaalde hij, en mocht het toch waar geweest zijn, dan moest Schwester Margareta zulke diefstal direct gemeld hebben aan de SS, eindigde hij zijn betoog tegenover de officier.


De SS'er zat paf in zijn stoel. Tegen zo veel argumentatie kon hij niet op. Plots sprong hij recht en gebood de twee zusters om hem te volgen. Samen verdwenen ze door het gat van de timmerman.
Dit was het laatste wat Edmond van de twee Schwestern zag...

 

 

 

 

*   *   *   *   *

i