- H m13 h21,2 - |
||||
|
||||
* * *
De zeemacht zoals henry die leerde kennen, had zijn ontstaan in het begin van de Tweede Wereldoorlog. Bij de manschappen die Engeland hadden kunnen bereiken, bevond zich ene luitenant-ter-zee Victor Billet. Onder zijn initiatief werd de "Belgian Section" ofte de 'Belgische Sectie van de Royal Navy' opgericht, aanvaard door de Britse Admiraliteit in 1941. Eerst werden Billets troepen verspreid aan boord van talrijke Britse schepen om zich te kunnen specialiseren. In 1942 kregen ze twee korvetten, de eerste Godetia en de Buttercup, plus drie patrouillevaartuigen en de 118e flottielje mijnenvegers. Hiermee voerden ze vele opdrachten uit. Na de wapenstilstand werd de Sectie eerst ondergebracht bij het Belgische Ministerie van Handel en pas op 1 februari 1946 werd ze omgevormd tot de Belgische Zeemacht. Op dat moment was haar voornaamste opdracht het ontmijnen van de territoriale wateren en de vaargeulen. Dit werd de operatie "Catty Mine Party" genoemd. Ook moesten de oorlogswrakken worden opgeruimd die de scheepvaart belemmerden. Als jongste lid van het leger werd de marine het vooruitstrevendste en plezantste krijgsmachtdeel. In 1947 richtte ze haar muziekkapel op. Met de toetreding tot de NAVO op 4 april 1949 kreeg ze van de Britse Admiraliteit zes goede mijnenvegers-escorteurs. Dit was het begin van de uitbreiding van de vloot. Vanaf 1950 gebruikte de zeemacht op haar schepen een nieuwe witte vlag met het Sint-Andreaskruis. In Sint-Kruis bij Brugge was er ondertussen een oud complex tot opleidingscentrum omgevormd, waar het personeel voortdurend werd gespecialiseerd. Dit was nodig omdat het materieel steeds spitsvondiger werd. Deze marinebasis kreeg de naam van LTZ Victor Billet, die gesneuveld was in de oorlog tijdens een opdracht. Uit eerbetoon werd een koperen plaat met zijn naam in de muur naast het lokaal van de postcommandant geplaatst. 't Is in deze marinebasis dat henry zijn eerste functies bij de zeemacht uitoefende. Bij het binnenkomen en verlaten van de basis passeerde henry telkens met eerbied die plaket, waaronder in een bloembakje kleurrijke viooltjes met hun vrolijke kopjes in elk briesje wapperden. Hij had ook de eer om door de Staf verscheidene keren aangeduid te zijn om de weduwe van LTZ Billet te mogen ontvangen en samen met haar bloemenhulde te brengen aan de herdenkingsplaket van haar overleden man. Naast de nodige schepen voor bevoorrading, troepentransport en wetenschappelijk onderzoek, bestond de vloot op dat moment hoofdzakelijk uit mijnenvegers: hoogzeemijnenvegers, kustmijnenvegers en ondiepwatermijnenvegers. Eindelijk hadden de politiekers het belang ingezien van een stabiele zeemacht om hun havens en de bijna zeventig kilometer Vlaamse kust te beveiligen.
* * * * * * * |
||||