- N m11 h16,5 -

 'LIJF AAN LIJF' - GEVECHTEN

Als men het in het peloton had over "den roste", dan ging het over één van de collega's. Maar als men met eerbied sprak over "de Roste", jawel met een hoofdletter, dan had men het over de sportinstructeur, een adjudant van zo'n vijfenveertig jaar, slank gebouwd, een echt loperstype. Bij het crossen door de velden en de bossen, bergop en bergaf, liep de Roste altijd voorop. Hij gaf het tempo aan. Kilometer na kilometer. Soms zakte hij wat af om te zien of iedereen van het peloton nog volgde. Week na week dreef hij de snelheid op en beloonde hij henry en de zijnen telkens met een nog langer parcours. Er waren momenten dat de twintig jaar jongere KBO's en KRO's hem met moeite konden bijhouden. Het zuchten en kreunen overtrof bijwijlen het gemeenschappelijk dof gestamp van veertig paar voeten op de grond. Maar dat was niet alles. De Roste was ook de instructeur voor "lijf aan lijf". Hierbij was het zijn opdracht om de kandidaat-officieren spectaculaire knepen aan te leren, die ze in een gevecht van man tegen man konden toepassen. Het peloton zat dan gehurkt rondom hem. Elke les pikte hij een ander slachtoffer uit, die hij gebruikte om een nieuwe "vuile truc" met of zonder wapen in de aanval of verdediging te demonstreren. Daarna moesten ze die truc op elkaar toepassen. Op het einde van de uitvoerige cursus kwam de dag waarop alle kandidaten in een praktisch examen hun bedrevenheid moesten bewijzen. Die dag zaten ze weerom in een ronde en de Roste gaf de punten. Na enkele gevechten was Kleerkast aan de beurt. "Als aanvaller. Als slachtoffer: henry. Aanval zonder wapen. Op een schildwacht van achter", beval de Roste kort en bondig. Dat was eigenlijk de spectaculairste toer in 'lijf aan lijf'. Om de voorwaartse val beter op te vangen, mocht het slachtoffer zelfs vóór de aanval tien keer 'pompen' om het bloed in de armen beter te laten circuleren. Wat henry dan ook deed. Daarna stond hij recht en Kleerkast viel hem direct van achteren aan. In oorlogstijd, zo had de Roste hen geleerd, moest alles uiterst doeltreffend uitgevoerd worden. De te raken lichaamsdelen van een vijand moesten met precisie getroffen worden. Geen centimeter ernaast. Tijdens de lessen echter hadden ze geoefend door mekaars lichaamsdelen op een centimeter na te treffen. Maar ook dát moest foutloos gebeuren: op één centimeter na, géén twee centimeter! En hierin blunderde Kleerkast tijdens het examen en dát ervoer hij aan zijn punten en henry aan zijn... "Ai", riep henry toen Kleerkast zijn edele delen deels raakte. Hoewel Kleerkast het vervolg feilloos deed, kreeg hij voor zijn uitvoering weinig punten. Beiden gingen terug in de ronde zitten. "Kom maar allebei terug. Aanvaller is nu henry. Aanval zonder wapen. Op een schildwacht van achter", grijnslachte de Roste, die normaal nooit de rol van slachtoffer en aanvaller wisselde. En henry begreep wat van hem werd verwacht. 't Ging allemaal vlug. Kleerkast pompte tien keer, stond recht, henry viel hem aan. Pakte zijn enkels, schouder tegen z'n achterste. Zijn voeten omhoog. Kleerkast stuikte naar voren. Schop tussen zijn benen. "Ai!" Nu dook henry naar voren, zijn handen op Kleerkasts schouderbladen en zijn knieën op een centimeter naast de nieren gepriemd. Haar vastgrijpen, kop omhoogtrekken. Karateslag tot op een centimeter van de keel. Rechterschouder vastgrijpen en omdraaien. Rechtspringen en stamp op een centimeter naast Kleerkasts gelaat. "Perfect", grinnikte de Roste.

i