Toen hoorde ze
van haar echtgenoot, die immers altijd zijn beloftes hield, dat hij meteen
naar huis wilde vertrekken, omdat hij aan haar ouders had beloofd dat ze
zeker oudejaarsavond bij hen zouden komen vieren. En aangezien hij de
Franse tolwegen wilde vermijden, moest hij kort na kerstavond vertrekken om
nog op tijd in Gent en daarna in Brugge te zijn. In die tijd waren er nog
geen alcoholcontroles en de marinier voelde zich sterk genoeg om de
terugreis aan te kunnen. Maar Timi verschilde hierover met hem duidelijk
van mening. Nadat ze van de Chinese patron afscheid hadden genomen, ontspon
er zich tussen hen in de motorhome een gesprek, dat een tikkeltje meer
inzicht gaf in hun karakters.
-- Ga maar naar bed, zei henry nadat hij eerst de
honden had uitgelaten, ik zal wel rijden.
-- Hoe? Rijden? Nee nee, dat gaat niet. Dat is te
gevaarlijk.
-- Maar bah neen, poeske, slaap maar gerust. Ik zal
wel rijden. Ik heb aan uw ouders beloofd dat we …
-- Nee nee. Daarvoor ga ik mijn leven niet riskeren.
-- Ik heb het hen beloofd. Als ik nu niet vertrek,
komen we te laat aan in Brugge en heb ik mijn belofte verbroken.
-- Dat kan me niet schelen. We blijven hier staan en
vertrekken morgen.
-- Beloofd is beloofd, argumenteerde henry, terwijl
hij wilde postvatten achter het stuur.
Timi kende
haar man al goed genoeg om te beseffen dat het hem menens was. Nu moest ze
een doorslaggevend argument gebruiken. Ze kon niet anders. Maar hoe ging
hij reageren? Ze wist dat hij nooit een vrouw zou slaan. Maar ze wist ook
dat hij altijd terugsloeg als iemand hem aanviel, ook als het een vrouw
betrof. Ze schraapte haar moed bijeen en… lap! Ze gaf een ferme slag in
zijn gezicht, zodat hij achteroverviel, en vluchtte het bed in, boven de
stuurruimte. Daar zat henry dan op zijn bips, op de grond van de motorhome.
Hij dacht eens diep na. Om zoiets te durven, moet ze wel erg in paniek
zijn, dacht hij. Eigenlijk begreep hij haar reactie wel: ze had duidelijk
schrik voor de eventuele gevolgen van zijn beslissing. Hij zag in dat hij
de schuldige was, dat hijzelf verantwoordelijk was voor de ontstane
situatie. Dus, dacht hij bij zichzelf, mocht hij niet tegen haar reageren.
Na deze conclusie is hij opgestaan en is hij rustig naast zijn vrouwtje
gaan slapen. Pas de dag nadien is hij vertrokken. Het einde van de reis
heeft hij via de tolweg afgelegd om tijdig in Gent en Brugge te arriveren.
Timi heeft hem later nooit meer moeten aanpakken.
|