- 036 -

 

 

 

 

Een schok? Hebben ze je vader dan toch gevonden?

Neen. Dat niet. Maar mijn moeder en ik leden onder de opzoekingen naar hem. Op een dag werd er aan de deur gebeld. Dat ging zo: als men aan een knop van de voordeur trok, begon via een hendelsysteem een koperen klokje aan het plafond van de gang wel een minuut lang te luidop te klingelen. Ja, zelfs toen de elektrische deurbellen in de moderne tijd hun intrede deden, lieten we het klokje hangen omdat het zo'n romantisch gevoel gaf. Maar nu ben ik aan het afdwalen van mijn verhaal. Waar was ik gebleven?

 

Dat er aan de deur werd gebeld.

Juist. Maar wat toen gebeurde, was niet zo romantisch! Er werd gebeld en mijn moeder opende niets vermoedend de voordeur. Als tweejarig ventje was ik haar gevolgd en stond aan de trap, halverwege de gang, toen de deur hardhandig werd opengesmeten. Drie mannen stormden binnen en stampten mijn moeder omver. De eerste liep de gang door, recht naar de koer. De tweede rende de trap op. De derde onderzocht het gelijkvloers. Nadat ze het huis grondig hadden doorzocht en mijn vader niet hadden gevonden, zijn ze zonder boe of bah vertrokken.

 

Die gebeurtenis heeft op jou blijkbaar veel indruk gemaakt.

‘t Zal wel zijn! Voor mij is het precies alsof het pas gisteren gebeurde. Het heeft toen enorme indruk op mij gemaakt. Bovendien was dit niet de enige keer dat ze naar mijn vader zochten. Op een dag liepen ze eerst door het huis en namen daarna rustig plaats in de zetels. Blijkbaar wilden ze een val opzetten voor mijn vader. Ze vermoedden waarschijnlijk dat hij zo nu en dan eens naar huis kwam. En dat was ook zo. Maar ook op dit scenario was mijn moeder voorbereid. "Excuseer mij, heren, maar ik was net aan het kuisen", zei ze. "Doe verder met uw werk, madame. Doe maar precies alsof we er niet zijn", gebood de leider. Mijn moeder nam haar stofdoek, die op een plaats lag alsof ze inderdaad in haar werkzaamheden onderbroken was, en begon hier en daar af te stoffen. Alzo naderde ze de vensterbank, waarop het beeld stond van een liggende hazewindhond met de kop gedraaid naar de straat. Onopvallend stofte ze het beeld af en plaatste het terug, deze keer echter met de kop gedraaid naar binnen, naar de living.
Enkele uren later glipte mijn pa voorbij ons huis, merkte het afgesproken teken en verdween direct uit de straat. Hun operatie was weeral eens mislukt.

   

Hebben ze nadien nog naar je vader gezocht?

Ja. Eens vielen ze binnen terwijl pa thuis was. Mijn moeder trachtte hen de weg de versperren, maar werd op de grond gesmeten. Haar actie liet mijn vader met zijn kleine gestalte toe om ongezien over het laag muurtje te wippen op 't einde van de koer. Toen merkte hij dat bij de gebuur ook een ondergedokene zat. Beiden zijn toen verdwenen via allerlei koertjes. Op een andere keer stond op de beide uiteinden van onze straat een waarnemer op 't moment dat mijn pa naar huis kwam. Dankzij de cafébazin is hij toen ontsnapt. Pa kwam immers via