- 108 -

HOOFDSTUK  XVII

MARCHE-LES-DAMES

"Moed

begint met

angst"

Hun peloton was 's morgens vroeg samen met het Franstalig KRO-peloton per trein uit Arlon vertrokken. In Namur waren ze overgestapt in kakikleurige camions. Kort nadien zagen ze aan de ene kant een paar boten op de Maas varen, terwijl aan de andere kant de rotsformaties van Marche-les-Dames verschenen. Hierop ontwaarden ze op beangstigende hoogtes enkele kleine popfiguurtjes, precies onbeweeglijk aangeplakt tegen de rotswand.

-- Wat zijn dat? vroeg een KRO die met half toegeknepen ogen de poppetjes trachtte te herkennen.

-- Dat zijn bergbeklimmers.

-- Wat? Zó hoog? Maar... ze bewegen niet.

-- Toch wel. Kijk, die ene verplaatst juist zijn hand.

-- G' hebt gelijk. Zouden wij ook... ? maar hij maakte zijn zin niet af.

Nu keken ze allemaal geïnteresseerd naar dat menske en begonnen te geloven dat er misschien enige waarheid stak in wat die paracommando's in Arlon hadden verteld. Degenen, die op de lange linkerbank van de drietonner zaten, moesten zich diep voorover buigen om het ook te kunnen zien.

-- Oeioei. En als het juist geregend heeft of als het gladdig is... opperde een andere KRO.

-- Dan verandert ge onderaan die rots in een grote, rode, smerige plek, lachte iemand.

-- Maar 't zal voor vandaag niet meer zijn, suste een andere. Ze zullen ons eerst onze bedden tonen, daarna zullen we mogen gaan eten en deze namiddag zullen we wel wat vrije tijd krijgen om onze kamer in orde te brengen en wat gezellig rond te wandelen.

Dat leek aannemelijk en nadat iedereen eerst wat stil vóór zich had uitgekeken, begonnen ze ijverig te babbelen. Plots vertraagden de camions, sloegen links af en stopten.

-- Uitstijgen! Uitstijgen! Uitstijgen en verzamelen per peloton! Rassemblement par peloton!

-- Per peloton... Voorwaarts mars.

De bevelen volgden mekaar nu vlug op in beide landstalen.

-- Voor het eerste peloton... Voorwaarts!... Mars! brulde de pelotonsoudste.

-- Pour le deuxième peloton... En avant!... Marche! weerklonk het bij de Walen.

De omgeving deed henry terugdenken aan zijn kindertijd, toen hij met zijn ouders tussen de rotsen van Echternach wandelde. De pelotons manoeuvreerden langs een weg tot aan een soort schuur. Daar kregen ze hun beddengoed en moesten zich daarna met dat gerief voortslepen tot aan hun tenten.

 

Legertent in Marche-les-Dames

met

henry vooraan neergehurkt.