- 153 -

 

 

Is Sven gedoopt?

Ja, in de Sint-Vincentiuskliniek. 't Was toen de gewoonte dat de moeder van de moeder, bij ons was dit Madam Moeilijk, meter werd. En dat de vader van de vader, dus mijn pa Edmond, peter werd.

 

 

>>>>> 

De foto van het viergeslacht, genomen in de kraamkamer,

verscheen in het dagblad:

Edmond (links), Camille (in de zetel)

met Sven in de armen, en henry (rechts) in winteruniform.

(Bij de zomeruniform behoorde een wit overtrek op de kepie.)

>>>>> 

 

 

Had je vrouw veel bezoek?

Oeioei, een beetje te veel. Tijdens de bezoekuren was ik telkens bij Monique. Veel cadeaus. Mijn portemonnee geraakte leeg van de doopsuiker! "O, dat is schoon", was telkens het wel of niet gemeende vreugdekreetje van Monique bij elk nieuw cadeau, waarna ze wilde dat ik alle vorige cadeaus aan de nieuwe bezoekers toonde en hen nadien de doopsuiker gaf. Wat een vader lijden kan, hé. Er lagen op 't einde in Moniques grote kast zo'n vijftig cadeaus, die ik er dan allemaal bij elk bezoek moest uithalen. Monique ontdeed ze telkens stuk voor stuk van hun strikje en inpakpapier. Dat ging vlug. Maar ondertussen moest ik ze stuk voor stuk terug schoon inpakken, met het strikje er terug op. Om tureluurs van te worden. Wat een vader toch allemaal doet voor 't moedertje, hé. Op 't einde van die elf dagen kwam een non de draadjes verwijderen en ik moest buiten. Dat was haar geluk. Want, omdat de draadjes er natuurlijk na elf dagen al ingegroeid waren, deed ze genadeloos bruut Monique veel pijn. "Ge moet daar maar tegen kunnen. Jezus moest er aan het kruis ook tegen kunnen", was haar commentaar. Die non bofte dat ze verdwenen was toen Monique mij haar wedervaren vertelde.

 

En hoe was de thuiskomst?

Een ramp. Alles was nochtans in gereedheid gebracht. De week voordien had ik een combi-kinderwagen gekocht, iets nieuws in die tijd: kinderwagen én bed én 'poussette' ineen. 't Was oktober en om moeder en kind in een warm huis te kunnen ontvangen, had ik in de laatste jaarbeurs een nieuw kolenvuur gekocht met thermostaat. Ook iets nieuws. De handelaar had bij de levering het vuur eens aangestoken en daarna terug gedoofd. Alles leek tóén prima te functioneren.

 

 

Ola... Je zegt wel: tóén.

Goed opgemerkt. Ik bleef elke avond zo lang mogelijk bij Monique. Eens moest ik zelfs op de nachtwaker beroep doen om de reeds gesloten