- 409 -

 

 

Daar was...

 

het spijtig vooruitzicht op het vertrek van generaal Kermer. Deze humane, beminnelijke en eenvoudige persoonlijkheid was de baas van het machtige SGP - Service Général du Personnel - en moest ondanks zijn jeugdige inborst wegens zijn leeftijd eind juni 1985 in ruste gaan, zoals het met pensioen gaan van een officier wordt genoemd, omdat een officier zijn graad tot aan zijn dood blijft behouden. Kermer was een zeer eerbiedwekkende man, die door henry en alle andere officieren op handen werd gedragen, en dus werd er hard over nagedacht welk afscheidsgeschenk in aanmerking zou kunnen komen. Welk cadeau konden ze aan generaal Kermer geven, die na een rijk gevulde loopbaan reeds alles had wat zijn hart begeerde? Eind 1984 was er dienaangaande een gesprek tussen henry en zijn directe overste, kolonel Bunckens.

-- Kolonel, ik ben desnoods bereid om een portret van de generaal te schilderen. Ik wil er zeker niks aan verdienen. Het volstaat dat mijn onkosten worden vergoed.

-- Zijn portret! Ah ja, dát is een goed idee. Maar natuurlijk... Daarvoor moet ge een officier hebben die kunstschilder is. Dát is het. Hoe groot zijn die onkosten?

-- Och, dat zal niet veel zijn: wat schilderslinnen, wat verf en een omlijsting.

-- Oké. Ik bespreek dat ASAP met de anderen.

 De officieren van SGP kwamen overeen, dat henry in het geheim een portret in olieverf van de generaal zou schilderen en dat ze dit aan de generaal ten afscheid gingen overhandigen. In het geheim... Dit betekende dat henry er moest in slagen om de generaal te portretteren zonder dat die er enig vermoeden van had. Voor een militair een gemakkelijk opdrachtje: meteen had Freddy Dumont, een vriendelijke commandant van de luchtmacht, een paar feestjes ingericht waarop de generaal werd uitgenodigd en waarop een fotograaf volop foto's moest nemen met tussendoor zo onopvallend mogelijk ook enkele duidelijke van Kermer. Om bij de schrandere Kermer elk voorgevoel in te dijken, besloot henry voor alle zekerheid om niet op die feestjes aanwezig te zijn.

 

Vanaf 31 oktober 1984 groeide stilaan het schilderij in henry's atelier op de tweede verdieping van zijn woning. Bij de afwerking rees er plots een probleempje: op geen enkele foto was de kleur van Kermers ogen duidelijk te zien. Waren zijn irissen blauw of groen of bruin? De tijd begon te dringen. Dus schakelde henry de dag nadien zijn collega Freddy Dumont opnieuw in. Deze zetelde immers net naast het bureau van Kermer, aan wie Freddy dagelijks de nodige documenten en stukken moest voorleggen.

-- 'n Goeiemorgen, Freddy, begon henry die ochtend terwijl hij binnen stapte.

-- Ah, henry, zo vroeg in actie? antwoordde Freddy lachend terwijl ze elkaar de hand reikten.

-- Ja, ik heb u nodig. Op die foto's kan ik de kleur van generaal Kermers ogen niet zien, vervolgde henry fluisterend, zodat de generaal in het bureau ernaast zeker het gesprek niet zou kunnen horen. Gij ziet de generaal elke dag, daarom...

-- Geen probleem. Ik moet de generaal juist enkele stukken ter ondertekening voorleggen. 'k Zal u de kleur van zijn ogen direct kunnen meedelen. Wacht hier maar eventjes.