- 430 -

 

 

Aha! Toch? Ik dacht dat het er niet ging van komen.

 Je hebt gelijk. Ik refereer eerder aan dingen die voor anderen erg zijn. Maar in het doek 'De Sint-Gerarduskapel' beeld ik op een moderne manier een katholiek kerkje uit, dat ten tijde van mijn infarct vijfentwintig jaar bestond en waar ik toen binnen stapte. Gelegen aan een wegel en verscholen achter een lange haag op zo'n honderd meter van het UZG liet het elke zondagmorgen om halftien zijn torenklokje klingelen om een twintigtal parochianen naar de mis te lokken.

 

 

 

De Sint-Gerarduskapel

70 cm x 60 cm

9 juni 1984

 

Op het doek zie ik enkele details.

 Awel, hier het kerkje met in de nabijheid een koertje en enkele wc's, waarschijnlijk van een vervallen schooltje. In de verte een modern gebouw, dat boven de daken  uitsteekt: het is het dichtst bijgelegen Blok van het UZG. Een samenspel van oud en modern, van humor en ernst.

 

En hoe zag het er vanbinnen uit?

Eenvoudig. In mijn revalidatieperiode ging ik daar zelfs enkele keren om halftien naar de zondagsmis om er de sfeer op te snuiven. Net vooraleer iedereen had plaatsgenomen en de mis zou beginnen, kwam steevast een koppel veertigers binnen met de kinnen op vijfenveertig graden naar omhoog. Ik kende dat tweetal. Het waren maar doodgewone burgers. Doch hier voelde het stel zich blijkbaar verheven boven de twintig eenvoudige kerkgangers. Het moest derhalve zijn belangrijkheid tentoonspreiden door zich met gewichtige passen naar voren te begeven en daar plaats te nemen op een gereserveerd gestoelte. Laus Stultitiae. Erasmus.

 

* * * * * * *