- N,m6,h7,10 -

 

 

 

 

EDMOND  IN  DUITS  POSTGEBOUW

 

 

 

 

De Duitsers zouden het nooit gedaan hebben als ze het op voorhand hadden geweten. Wat dan? Edmond als opgeëiste in hun postgebouw laten werken.

In het midden van de grote hal stond een grote kar boordevol met postpakketten. Die moesten verstuurd worden naar alle kanten van Europa. De afzenders waren meestal Duitse gezinnen die hun aanverwante militairen voedsel of andere producten opstuurden. Hun soldaten zaten immers op het front over geheel Europa verspreid.
Op de kar stond een Duitser. Hij nam telkenmale een pakje, riep luidop de naam van de bestemming en gooide het dan voorzichtig naar de dichtstbijzijnde opgeëiste. Tegen de muren rondom de hal stonden een hele hoop karren, waarop telkens in het groot de bestemming stond geschreven. De opgeëiste moest het aan hem toegeworpen pak dan naar de juiste kar brengen.

Vanaf 's morgens vroeg verzamelden Edmond en alle andere opgeëisten, afkomstig uit allerlei landen, zich rondom de kar. Edmond had opnieuw slecht geslapen, want de voorbije nacht had hij terug als tolk moeten optreden voor allerhande problemen waarbij de opgeëisten beroep deden op de Duitse chef. Bovendien was zijn humeur slecht omdat hij zijn gezin al een hele tijd niet had gezien. Hoe stelde zijn vrouw en zijn kind het nu? Hadden ze geen problemen? Hadden ze hem niet nodig? Terwijl hij zo aan het nadenken was, viel zijn oog op een Fransman, die heel, heel langzaam zijn pakje naar een kar bracht. Hij kon precies nauwelijks gaan en sleepte zijn voeten traag over de vloer voort. Na een kort gesprek vernam Edmond van de Fransman dat deze hoegenaamd geen invalide was. Na de oorlog kreeg hij zelfs te horen dat hij een grote leider van de Franse weerstand was. Edmond zag in hem direct een toonbeeld van hoe hij zich moest gedragen.

De Fransman sleepte zijn voeten tot aan de kar in het midden. Hij ving zijn pak op, draaide zich om en ging dan uiterst langzaam naar een kar tegen de muur, een verkeerde kar tegen de muur. Daar ontpopte zich bij deze "invalide" plots een reuzenenergie, waardoor het pak hard, eigenlijk veel te hard, op de kar terecht kwam. Daarna herviel de man in een onmogelijke inertie, waardoor het vele, vele minuten duurde vooraleer hij terug bij de middenkar belandde.

Edmond kon zich duidelijk inbeelden welke gezichten de Duitse bestemmelingen trokken als ze hun pakket open deden. Voornamelijk als er eieren of andere voedingswaren in zaten. Hij spiegelde zich aan de Fransman en kreeg weer zin in zijn werk. Sindsdien waren daar precies twee invaliden aan het werk. En de Duitser op de middenkar bleek uiteindelijk ook geen Hitleriaan te zijn, want hij kneep grijnzend een oogje dicht.

i