- H m14 h27,4 -

 

Tien jaar vroeger, zo herinnerde henry zich, wandelde voor het eerst een neger door de Jozef Vervaenestraat en alle bewoners kwamen naar buiten en staarden hem na. Ja, zelfs een Italiaanse mijnwerker, die halverwege de huizenrij woonde en als katholieke Europeaan zich goed in Gent had weten aan te passen, kon zijn ogen niet geloven.

Die neger was toen alleen en gedroeg zich goed. Maar met de "Mei 68-Beweging" kwam de eerste kentering. De westerse maatschappij verzwakte. De vreemdelingen voelden dit aan en begonnen stilaan in verschillende omstandigheden misbruik te maken van de zwakheden in de samenleving. Schijnbaar onbenullige, doch storende voorvalletjes, waartegen de maatschappij toen niet reageerde, waren de voorboden van ergere toestanden.

 

19  FEBRUARI  1972

't Was zaterdag en nadat hij zijn familie had geholpen, bestudeerde henry 'De Vliegende Hollander' van Wagner. Van tien uur 's avonds tot drie uur 's nachts was hij daarna met Monique op een bal in de Kring Sint-Coleta. De eenvoudige, ouderwetse zaal, gelegen rechtover de kerk waarin ze destijds waren getrouwd, zat vol blijmoedige mensen. Dichtbij zat Lydia met haar man, André. 't Was al een jaar geleden dat ze op een dansvloer had gestaan en ze danste och zo graag. Wat verder, tegen een muur, stonden drie onbekende figuren uit het Middellandse Zeegebied het volk nauwlettend te observeren. Het orkest begon te spelen. De mensen kwamen in actie en één van de drie vreemdelingen benaderde Lydia en wilde met haar dansen. Haar tintelende, zwarte kijkers en haar smalle, diepe decolleté maakten blijkbaar te veel indruk op zijn zuiderse onbeschoftheid, want alras veranderde hij de dans in een 'plakker'. Lydia durfde niet tegenpruttelen. Achteraf mocht ze van André met die vreemdelingen niet meer dansen. Uit schrik voor die Noord-Afrikanen, durfde ze dat ook niet meer met anderen. Haar uitgaansavond, waarnaar ze na een harde werkweek zo had verlangd, viel in duigen. Met tegenzin vertrok ze dan maar met André.

Alle aanwezigen morden dat België die vervelende vreemdelingen moest beginnen uitwijzen.

 

3  MAART  1972

Deze dag begon zeer positief: de stadsbibliotheek had de fonoplaten met 'Rienzi' speciaal uit Antwerpen laten overbrengen, waardoor henry dit moeilijk te verkrijgen werk van Wagner kon beginnen bestuderen. 's Avonds vertrok hij met zijn echtgenote naar de Weinstube op de Kuiperskaai, waar hij zijn broer Patrick, die tot kwartiermeester was bevorderd, en diens vrouw wilde vieren. 't Was de chicste dancing van Gent. Op elk vierperoonstafeltje hing een omgekeerde, glazen karaf in een smeedijzeren met wijnstok en druiven versierd voetstuk, ten gerieve van de deftige klanten, voor 't geval dat ze witte wijn verkozen. Zeer aanlokkelijk. Het gedempt licht in het Duits interieur wierp net voldoende klaarte op de iets lager gelegen dansvloer om de koppels in een sfeer van romantiek te brengen. Iedereen verkeerde in goede stemming tot wanneer een neger binnen kwam. Na enkele minuten wilde deze per se dansen met een meisje, dat aan een tafeltje apart zat. Met tegenzin stond ze recht. De stemming in de Weinstube was omgeslagen. De neger danste tamelijk goed de bebop en het werd terstond duidelijk dat hij de blanken wilde kleineren. Dat aanvaardde henry niet meer en hij begon met Monique pal naast die neger nog beter te beboppen. Meteen was die neger verdwenen.

i