|
Welk speelgoed kocht men toen ook nog voor de kinderen?
Bijvoorbeeld
een poppenkast met van die goedkope draadpopjes en later, als de tijden beter
werden, van die handpoppen met stenen koppen. Er was toen nog geen televisie
en de kinderen imiteerden hiermee wat ze gezien hadden in de cinema en het
theater. 'k Moet hierbij zelfs opmerken dat men in die tijd meer respect had
voor de officiële uniformen. Nooit zou een toneelspeler een rol spelen in
bijvoorbeeld het officieel politie-uniform. Er waren steeds wijzigingen aan de tenue aangebracht: eerbiediger en veiliger, niet?
Tot het plezantste speelgoed voor ons, jongens, behoorden de knikkers en de
metalen bikkels, namaakrevolvers, de voetbal en de priktol met koord.
Kinderen speelden veel samen op pleinen en op straat. Er waren toen weinig
auto's en al spelende werd het sociaal gevoel sterk bevorderd.
Eigenlijk
was dat allemaal goedkoop speelgerief, niet?
Dat
kon ook niet anders in die jaren na de oorlog. Van mijn ouders kreeg ik ook
telkens een diertje als mijn vorig gestorven was. Goedkoop en goed voor een
kind. Over de cavia heb ik al gesproken. Ze sliep en at op een stuk dagblad
achter de Leuvense stoof. Mieske beet nooit iets
kapot en hurkte, telkens we aan de keukentafel kwamen zitten, met de
voorpootjes omhoog om een snoepje te krijgen. Ik kreeg ook een katje, dat
later een enorme kater werd. Hij zat me 's morgens steeds beneden de trap op
te wachten en vloog dan met uitgestrekte nagels in mijn lange peignoir. Een
onbekende heeft hem vergiftigd en ik had veel verdriet toen ik hem schuins
over onze woonst schuimbekkend zag sterven. Eens kregen mijn broer en ik elk
een kuikentje op de Ledebergse markt. In een grote,
kartonnen doos en onder een warme lamp hebben we die twee zodanig goed
gevoederd, dat ze veranderden in ferme hanen, die dapper over onze koer marcheerden
en mekaar meteen de oorlog verklaarden. De witte
haan, de mijne, werd de sterkste en de bruine kreeg
er steeds van langs. Ik kon dat niet verdragen en vroeg aan mijn broer om van
haan te verwisselen. Hij ging akkoord en ik heb toen dagenlang de witte
achternagezeten, telkens hij de bruine begon aan te vallen. Maar vele dagen
later werd de bruine groter en sterker en keerden de rollen om. Opnieuw
veranderden de hanen van eigenaar en begon ik deze keer de witte te
verdedigen...
Hoe
is dat uiteindelijk afgelopen?
In
de kookpot. 't Werd zodanig erg dat... Mijn vader,
mijn moeder, mijn broer en ik... Wel, ja, niemand kon het over zijn hart
krijgen om de Witte of de Bruine te slachten. Voor zó iets hadden we een
echte oorlogsveteraan nodig. Mijn grootvader, oud-strijder 14-18, heeft toen
eerst de twee vijandige kampen, zijnde het Witte en het Bruine, met koorden
het zwijgen opgelegd en daarna de wapens opgenomen.
En
daarna?
Kreeg
ik terug een ander diertje. Door mijn grootvader had ik ook
|
|