- 209 -

 

 

 

 

 

 

 

DE STAFVERGADERING VAN 9 JUNI 1971

't Was 0945, kwart vóór tien, het tijdstip waarop de stafvergadering steeds begon. Commandant Robyns zat, omringd door zijn stafofficieren, als stafchef aan het hoofd van de tafel, rechts van de groeperingscommandant. Aan de tweede helft van de tafel zaten de divisiecommandanten. Bij hen zat henry als vervanger van Comdip, die sinds de avond voordien met vakantie was. Robyns opende de vergadering en gaf het woord aan de N1. "We weten dat onze N2 binnenkort de functie van N4 zal overnemen. Zijn plaats zal ingenomen worden door henry, die onze nieuwe N2 zal worden. De juiste datum van deze mutatie volgt later", begon deze. Een ware verrassing. Aan de andere agendapunten van de vergadering schonk henry wel de nodige aandacht, maar ondertussen gonsde het door zijn hoofd van 'hoe is dát nu mogelijk?' Amper drie jaar beroepsofficier en reeds stafofficier van een grote kazerne met duizend man! Dat was iets enigs in het leger. De functie van N2 ofte Veiligheidsofficier was in LTZ Billet altijd uitgeoefend geweest door ervaren officieren: tweeënhalf- of tweebanders. En hij had nog maar één band! Terwijl hij een kwartier later met de andere officieren al lachend van het stafgebouw naar de officiersmess wandelde voor de koffiepauze, vlogen de gedachten en de vraagtekens door zijn hoofd. De Veiligheidsofficier van LTZ Billet had nog twee andere belangrijke functies: deze van N3Mob en deze van Adjunct-Kwartiercommandant. En dat allemaal voor een luitenant? Bovendien ging hij zijn cumul van Beheerder van de Officiersmess blijven behouden en ging hij als wiskundeleraar verder ingezet blijven voor het afnemen van allerlei examens en voor het geven van lessen aan reserveofficieren. Daarbij kwam nog dat hij als luitenant bleef staan op de beurtrol van de officieren met wachtdienst van Sint-Kruis en die moesten sinds 3 mei 1971 ook nog buiten de normale diensturen de functie waarnemen van Plaatscommandant van de provincie West-Vlaanderen. Maar Robyns wist dat henry al dat werk ging aankunnen. Op 29 juli uitte korvetkapitein Stroobants zijn spijt dat henry de DIP ging verlaten omdat hij er de matrozen in toom hield, maar Robyns drukte toch zijn wil door en op 16 augustus 1971 werd henry bevorderd tot stafofficier. Opdat het de divisiecommandanten niet te veel tegen de borst zou stuiten, bleef hij echter nog zowat drie maanden op de stafvergaderingen tussen hen zitten. Pas op 3 november nam hij zo onopvallend mogelijk plaats tussen de andere stafofficieren.

 

STAFOFFICIER  MET  DE  MEESTE  RECHTSTREEKSE  ONDERGESCHIKTEN

Vóór de overgave-overname had henry goed nagedacht hoe hij zich in zijn nieuwe functie zou gedragen tegenover zijn vierenveertig rechtstreekse ondergeschikten. Iedereen in de marinebasis kende hem als een hartelijke doch strenge officier aan het hoofd van zo'n driehonderd man. Maar hij had een soepel karakter en besefte dat hij zich als stafofficier anders moest gedragen. Hij had gezien dat de N1 elke morgen zijn mensen vriendelijk de hand drukte en nam zich voor zijn personeel eveneens zachtaardig te behandelen voor zover ze dit verdienden. Het was dan ook met een zucht van verlichting dat zijn minderen die verandering in zijn gedragslijn constateerden.