- 258 - |
|||||||
trapezoïdevormig
pleintje, met de grauwe gevel van het vijftiende-eeuws Groot Vleeshuis aan de
tegenoverliggende zijde. Rechts van dit ruwstenen gebouw, dat in de duistere
Gentse middeleeuwen dienst deed als overdekte vleesmark, kan men via een
afstapje in 't Galgenhuisje binnenwandelen om te
kunnen genieten van een reeks lekkere biertjes of een frisdrankje. Echt
gezellig... in ieder geval gezellig voor zover men niet te veel met z'n benen zwaait natuurlijk, want dit cafeetje is niet
alleen het oudste van de Arteveldestad, maar tevens
het kleinste met amper voldoende plaats voor drie tafeltjes op het
gelijkvloers.
Er
is wél nog een dranklokaal op de verdieping: nóg krapper. En toch, omwille
van zijn specifieke sfeer én de nabijheid van het Gravensteen
en de Drie Torens, werd het kroegje steeds graag bezocht door zowel
buitenlandse als binnenlandse toeristen. En zeker door de rasechte Gentenaars,
maar dit dan omwille van z'n andere kwaliteiten. Het
trapezoïdevormig pleintje heeft in de loop der eeuwen verschillende namen
gekregen. Het was niet alleen een plaats waar veroordeelden hard werden
aangepakt, maar ook waar verhandeld werd. In de middeleeuwen bijvoorbeeld
werden links van het Groot Vleeshuis aan de arme mensen de ingewanden van
geslachte dieren verkocht. Vandaar de naam Pensenmarkt. Ook was het jarenlang
de Vismarkt. Uiteindelijk werd het de Groentenmarkt.
Toen het stadsbestuur besloot om er ook vanaf 1970 's zondagsmorgens de
kunstenaars in open lucht te laten exposeren, werd het bovendien de
Kunstmarkt genoemd. Het bizarre verleden van dit pleintje fascineerde henry
enorm. Dat zijn voorouders al minstens tweehonderd jaar over dit pleintje
hadden gewandeld, stimuleerde hem nog meer om op deze kunstmarkt zo nu en dan
op zondagmorgen rond te toeren. Kwestie van ook eens de sfeer onder de
kunstenaars op te snuiven.
Rondom de blauwe hardstenen waterpomp van het jaar 1812, die als een grote obelisk in 't midden van het pleintje torende, werden prulletjes verkocht door enkele rare snuiters. Duidelijk afgescheiden van hen hadden de kunstenaars plaatsgenomen in een wijde cirkel rondom deze waterpomp. Zij zaten vóór of naast hun kunstwerken, de ene op een houten krukje, de andere op een oude stoel en nog anderen zoals de schoenlappers met gekruiste benen |
|||||||