- 427 - |
||
|
||
Het moet erg zijn als men zoiets meemaakt. De menigte bejubelt sportlui en vindt het normaal dat die miljoenen verdienen door bijvoorbeeld goed op een balletje te kunnen schoppen. Maar mensen zoals dokters, ingenieurs, wetenschappers en zo, die door hun jarenlange studies in staat zijn om ons steeds te helpen en te redden op cruciale momenten... Over hen wordt er nauwelijks gesproken. De wereld op zijn kop. Let op: die nacht heb ik nog een keer Valtran moeten gebruiken. Om zes uur 's morgens werd ik terug opgeschrikt door die pijn. Ik deed dan net het zelfde en had uiteraard al meer vertrouwen in een gunstige afloop. Ah ja, hé, aha, 'k had al een beetje ervaring, hé. Nadien is die pijn voorgoed weggebleven. Dokter Vandendriessche hield de zaak echter nog wel in het oog en stuurde me naar een radioloog. Pas op 5 oktober verklaarde deze dat mijn longen terug in orde waren en dat ik mijn huis mocht verlaten om me opnieuw in de openlucht te begeven.
Professor Pannier had verklaard dat je door je werk een hartinfarct kreeg. Je had dus recht op een fikse invaliditeitsuitkering. Och ja, dat is nu iets waarmee je zult kunnen lachen, zie. Ik heb nadien een hoop papieren ingevuld en moest me uiteindelijk bij een soort dokter-controleur aanbieden. Tiktik en ik binnen. "Stop!" zei die dokter toen ik zijn kabinet amper twee passen was binnengestapt. Ik hield ter plekke stil en keek hem vragend aan. "Ga op uw één been staan", beval hij. Daar stond ik dan: een commandant-marinier in evenwicht op één been. Op één been in mijn mooiste burgerkledij! Heb jij dat al gezien: een legercommandant op één been? Kun jij je die belachelijke scène voorstellen? Kijk, had ik geen psychologie gestudeerd, hé, dan was ik na al mijn ellende van de voorbije maanden in commandostijl op hem gesprongen en had ik hem meteen tegen de grond geplakt. En dan kon híj op zijn beurt eens een invaliditeitsuitkering beginnen aanvragen, zie. Dergelijke dokters beseffen niet wat ze een patiënt aandoen. Maar gelukkig voor hem begreep ik, dat hij me eens wilde testen. En ja, om op je vraag te antwoorden: ik kreeg achteraf inderdaad een invaliditeit.
Een feit is: het was een arbeidsongeval. Stress door je werkomstandigheden. Dat zie je mis. Ik kreeg mijn infarct terwijl ik met vakantie was. En inderdaad, een militair is vierentwintig uur op vierentwintig in dienst. Hij kan alzo altijd vanuit zijn vakantie plots opgeroepen worden. Dus kreeg ik mijn infarct - zoals men dat bij het leger noemt - 'in dienst maar niet door het feit van de dienst'.
Maar je werk was toch de oorzaak? En als je infarct niet als arbeidsongeval erkend werd, dan had je toch wel recht op een forse invaliditeit. Hé, hé, hé, ook dat viel dik tegen, man! Ik werd wel dertig procent invalide verklaard, maar kreeg hoegenaamd geen invaliditeitsuitkering. Het enige wat ik kreeg, was een speciale parkeerkaart waarmee de auto, die me vervoerde, op een invalidestrook mocht staan. Hierdoor moest ik niet te ver wandelen om mijn inkopen te doen in de winkels. Dat was goed voor mijn hart. Maar dat heeft in dit zot België niet lang geduurd: ze hebben een tijd nadien die parkeerkaarten terug afgepakt van al wie er ene had. |
||