- 457 - |
||
|
||
Maar 't is dát niet alleen, hé. Want ik heb gehoord, dat door gans die heisa met jou die Waalse kolonel geen generaal is geworden. Klopt. Hoewel ik wegens gezondheidsredenen bijna nooit mijn 'schip' verliet en daardoor veel minder contact had met mijn collega's en het ander personeel van het Ministerie, bleef ik nog even populair. Van hoog tot laag keurde iedereen Waalmans zijn gedrag af. En geloof me, ik ging nooit gaan blèten, maar telkens als iemand het me vroeg, vertelde ik wat er was gebeurd. En iedereen wist dat ik nooit loog. Dus...
Wat is er dan met die kolonel gebeurd? Let nu op. Admiraal De Wilde wilde mij een mooi eindeloopbaanscadeau bezorgen: hij wilde me voor mijn laatste drie jaren een job van Stafofficier geven op de derde echelon in Zeebrugge. Meer bepaald de functie van public relation-officier van COMOPSNAV, het Operationeel Zeemachtcommando te Zeebrugge, dat zijn bevelen gaf aan de Marinebasissen van Zeebrugge, Antwerpen en Oostende en aan alle Belgische marineschepen.
Fantastisch! Maar vooraleer de admiraal me naar Zeebrugge stuurde, wilde hij Waalmans wegrukken uit zijn dienst. Dat gebeurde op 23 november 1988. En ik mocht na diens vertrek nog meer dan vier maanden op mijn 'schip' SEAMB blijven. Waalmans mocht namelijk niet op de gedachte kunnen komen, dat hij me toch had uitgeschakeld. En raar maar waar: in die vier maanden stond ik functioneel boven Waalmans. Zoet was de smaak van mijn overwinning! Waalmans trachtte uit wraak wel nog wat na te trappen. Hij beweerde dat de admiraal hem had beloofd, dat hij mij ook ging muteren. Precies alsof de admiraal zich door hem zou laten beïnvloeden, haha! Wat een zielig Waals ventje toch, hé. Natuurlijk had ik binnen de kortste tijd mijn mutatie verwacht en...
Waarom vond je dat zo 'natuurlijk'? Omdat de Zeemacht nooit afweek van de idee 'eens binnen de Zeemacht, eens buiten de Zeemacht'. Ik werkte op dat moment op het Ministerie van Defensie, eigenlijk een intermachtenorganisatie: op mijn 'schip' bijvoorbeeld werkten niet alleen zeemachters, maar ook landmachters, luchtmachters en burgers. Aangezien mijn loopbaan bij de Zeemacht over drie jaar ging ophouden, verwachtte ik dus binnen de kortste tijd dat ik mocht terugkeren naar de Zeemacht.
En hoe ging het tussen jou en de opvolger van Waalmans? Zijn opvolger was een prachtkerel. Het eerste bevel dat hij gaf, was zelfs: "Vanaf nu moet er weer gelachen worden!" Je kunt je dus indenken, hoe uitgebreid de praatjes over Waalmans zich hadden verspreid.
Maar ik kan niet geloven dat die vier harde jaren voor jou geen gevolgen hebben gehad. Je hebt gelijk, mijn zenuwen hebben eronder geleden. Mijn hart heeft zich minder vlug hersteld. Ook lachte ik minder dan vroeger. In stresssituaties begon ik met mijn hoofd te schudden. Ook begon ik met zo nu en dan de binnenkant van mijn lippen kapot te bijten. Allemaal niet erg als ik eraan denk, dat ik daarmee toch eens temeer mijn doel had bereikt: ik heb mijn bemanning gered! |
||