- 506 - |
|||
Een samenspel
van vier factoren - de opruiing door MM, een te sterk oedipuscomplex, Monique
haar ziekelijk jaloerse inborst én haar overdreven wantrouwen - deed de hel
ten huize van henry uiteindelijk losbarsten. Monique kreeg hysterische
aanvallen en henry moest tot tweemaal toe de dokter erbij halen. MM eiste
zelfs dat Monique en Sven bij haar kwamen inwonen. Eens kwam Monique aan die
eis tegemoet en ze trok bij haar moeder in. Maar ze hield het daar maar een
uurtje uit en telefoneerde naar Sven om haar per auto te komen ophalen en
terug naar huis te brengen. Het werd voor henry een onuitstaanbare toestand.
Timi en haar ouders reageerden geschokt en om de zaak te laten koelen, kwam
Timi enkele weekends niet meer naar Gent. MM en Monique dachten hiermee hun
zin gekregen te hebben en trachtten Sven te overtuigen om Timi definitief te
laten schieten. Hierop reageerde henry, die bovendien inzag dat hij in dit
geval al zijn geld nodeloos aan Sven had verloren, door te dreigen met een
echtscheiding. “Nog liever scheiden dan verder de verantwoordelijkheid te
moeten dragen voor al wat misloopt door haar grillen.” Hierbij dacht hij
voornamelijk aan de gevolgen die de gedragingen van zijn echtgenote gingen
hebben voor de zelfmoordgedachte van Timi. Zijn uitspraak bracht Monique tot
kalmte en inkeer - zo leek het toch - maar de hel van tien dagen had diepe
wonden geslagen en ten langen leste verbrak Sven in oktober 1991 zijn relatie
met Timi. -- Pa, ik heb met Timi definitief gebroken. -- Wablief! Waarom? Maar dat hebt ge
me al twee keer gezegd. En ik heb haar dan telkens per auto in Brugge
opgehaald, zodat ge in Gent enkele uurtjes met haar
hebt kunnen doorbrengen. En ik heb u dan toch telkens nadien kunnen
overtuigen om bij haar te blijven, antwoordde henry in de stille hoop dat het
ook nu weeral goed ging komen. -- Ja, maar nu staat mijn besluit vast. Het is
definitief. Ik wil haar niet meer zien. -- Maar man toch! Zo’n mooi
meisje… Gans alleen kunt ge toch geen zaak beginnen! -- ‘k Zal wel mijn plan trekken. ’t
Is gedaan. ‘k Heb er genoeg van. -- Hoe heeft ze gereageerd? vroeg henry enigszins
bangelijk. -- Ze weet het nog niet. -- Hoe, ze weet het nog niet? Hebt
g’ het haar dan nog niet verteld? -- Neen. En ik zal het haar niet vertellen
ook. -- Rijdt ge dan niet meer naar
Brugge? vroeg henry ongelovig. -- Neen. Vader henry zou
in zijn zetel geploft zijn als hij er al niet de ganse tijd van het gesprek
had ingezeten. Hij had liever honderden gedrilde matrozen vóór zijn ogen
gezien dan zo’n kwakkel van een zoon. Een zoon van
wie hij de slechte score in de psychische testen van het Klein Kasteeltje
destijds had kunnen inkijken. En die score sprak boekdelen. Die score
betekende dat de persoon over wie het ging, een meeloper was en meestal
slechte beslissingen zou nemen. Alleen een goede invloedssfeer had Sven dus
kunnen redden. Maar Sven stond veel te veel onder invloed van zijn moeder en
MM. Aan de beslissing van Sven om met Timi te breken, ging niet alleen Timi
een veel te zware dobber hebben, maar dat werd het nú al voor zijn vader: die
had immers niet alleen al zijn geld kwijt, maar ook een schoondochter in spe die zich nu van kant zou willen maken. Eén idee bleef
voortdurend bonzen tegen henry zijn hersenpan: “Timi weet het nog niet en
daar moet ik dringend gebruik van maken. Ik moet nu, nu, nu dringend een
oplossing vinden.” En hij vond de oplossing: vooraleer Timi zou beseffen dat
Sven haar had laten vallen, moest ze op een jongen verliefd worden die veel
beter was dan Sven. Dankzij de kerstvakantie en zijn eindeloopbaanverlof, die
allebei voor de deur stonden, ging henry genoeg vrije tijd hebben om zich
terdege om Timi te bekommeren. Weeral voelde hij die
‘magische hogere hand’ die hem in zijn leven al een paar keer had begeleid en
de stormwinden had doen krimpen telkens als hij in uiterst woelig water was
terechtgekomen. Nu had die mysterieuze kracht op het juiste moment voor
voldoende vrije tijd gezorgd. Vrije tijd, waarin henry elke woensdag vanuit
een openbare telefooncel naar de Predikherenrei telefoneerde om Timi en haar
ouders de dag nadien uit te nodigen naar de Marinebasis in Zeebrugge. Die
gingen natuurlijk telkens akkoord, zodat henry elke donderdagmorgen zijn
uniform van commandant aantrok en op weg naar Zeebrugge eerst eens in Brugge
voor een uurtje binnenwipte bij Timi en haar ouders. |
|||