- 599 - |
||||
|
||||
Een paar dagen
later arriveerden ze in het ommuurde Obidos met zijn in het Delfts blauw
versierde poort en zijn Romeins aquaduct. En de dag nadien wandelden ze al in
de aangename badplaats Nazaré met zijn aparte vissershaven. Ze stonden er
versteld te kijken naar het enorm aantal gekuiste vissen, dat op grote,
schuine rekken boven het breed strand lag te drogen in de zon. De reis was tot
op dat moment dus zeer kalm en afwisselend verlopen. In het begin hadden ze
in Frankrijk de Cevennen leren kennen als een ruwe streek met kille, gierende
winden, waar de arme dorpen met oude en zelfs kapotte huizen verspreid lagen
op de golvende grasvlakten, die bezaaid lagen met rotsblokken. Ze hadden in
Spanje rijke steden doorkruist, maar ook dichtbevolkte, armere agglomeraties
en verlaten, woeste landschappen. Ze hadden gezien hoe vele Spanjaarden in de
steden gevaarlijk opeengestapeld leefden in grote appartementsblokken. Dat
zulke toestanden gingen overwaaien naar Vlaanderen, konden ze zich wegens het
brandgevaar en de mogelijke burenruzies niet inbeelden. Ze hadden in het arme
Portugal vele plaatsen bezichtigd en waren daar op het einde naar de hoogste
stad Guarda gereden, waar een klimatologisch station was opgericht. Een
eindje daarvandaan had henry een sympathiek winkeltje kunnen filmen, dat met
één wasmachine-te-koop en één ijskast-te-koop al propvol stond en waarvan de
ingangsdeur voor een groot deel was afgeschilferd. Kortom, het was daar wel
arm en oud, maar proper en sympathiek. Op 30 april reden ze terug Spanje binnen en verbleven eerst twee dagen in de prachtige stad Salamanca. Ze bewonderden er de rijke sculpturen en genoten van menig ijsje op de overvolle terrassen van de Plaza Mayor, terwijl het publiek aan de lopende band voorbij paradeerde. Deze Plaza vonden ze uniek: een zeer groot, vierkantig plein dat men volledig had ingebouwd in een aaneengesloten structuur van honderden van balustrades voorziene woningen met winkelgalerijen op het gelijkvloers. Dat alles kon alleen maar verlaten worden via hier en daar een gewelf dat toegang verschafte tot een straat. Die Plaza Mayor stond vol terrassen en op een van die terrassen ontleedde Timi plots het karakter van henry in een notendop: “In uw karakter zijn twee fouten ingeslopen,” zei ze, “gij zijt veel te eerlijk en te rechtvaardig.” Het overgroot
deel van de Portugese en Spaanse bevolking was henry en Timi tijdens hun reis
zeer genegen geweest. Dus een grote oké voor deze studiereis, zou men zeggen,
maar… maar toch had
het daar voor henry en Timi flagrant fout kunnen lopen en dan nog wel op één
van de verlaten landschappen. Een gerenommeerde Franse toeristengids had
nochtans dat landschap, een Spaans steppegebied, als bezienswaardig
aangeprezen en daarom reed henry erdoorheen. |
||||