- 640 - |
|||
|
|||
Dat is achterbaks en verwerpelijk. Dus
opletten met de Franstaligen! Zelfs mij hebben ze in de val gelokt. Op een
dag hadden de prominenten van Ellezelles mij namelijk gevraagd om in
officiersuniform te willen aanwezig zijn op hun herdenkingsdag ter ere van de
gesneuvelden in de oorlog. Natuurlijk vond ik dat ik de plicht had om daarop
in te gaan.
Zoiets kon je natuurlijk moeilijk weigeren. Maar
het ging niet om een herdenking van de gesneuvelden! Ik vertrouwde de
Franstaligen toen nog te veel en daardoor liep ik in de val. Pas later vernam
ik echt waarom ze me dat hadden gevraagd.
Waarover ging het dan wél? Op
die dag contesteerden de Walen tegen de voorgestelde amnestiemaatregel van
Herman Suykerbuyck, een Vlaamse volksvertegenwoordiger en de burgemeester van
Essen. Van dat voorstel had ik op dat moment wegens tijdgebrek niets
vernomen. Je werd dus door de Walen ‘gebruikt’ in hun protestdemonstratie waarvan je niets afwist. Juist. Ik had de politieke situatie niet kunnen volgen en had van dat amnestievoorstel nog niets gehoord.
Amnestie aan wie? En waarvoor? Amnestie aan degenen die in de Tweede Wereldoorlog gecollaboreerd hadden met de Duitsers. En volgens de Walen waren die collaborateurs allemaal Vlamingen. Je ziet dus dat de Walen de haat tegen de Vlamingen almaar aanwakkeren. Meerdere keren hoorde ik de Walen zeggen: “De Vlamingen zijn nazi’s en fascisten.” Maar er waren toch ook Walen die toen collaboreerden? Natuurlijk en nog niet weinig! Maar dat vertelden ze niet in Wallonië. Toen een Waal eens tegen mij zei dat de Vlamingen allemaal nazi’s en fascisten waren, volstond het dat ik hem antwoordde: “En Degrelle dan? Dat is een Waal.” Verbaasd zweeg hij.
Ik herinner me dat Degrelle een Waal was, die het Waals Legioen heeft opgericht, dat in de oorlog samen met de Duitsers gevochten heeft. De Walen moeten dus gerust beginnen zwijgen, want Léon Degrelle was zelfs de enige Belgische collaborateur die het tot een zeer hoge rang had gebracht in de Duitse Waffen-SS. Zijn Waals Legioen groeide uit tot duizend vijfhonderd man en hij kreeg op het einde van de oorlog de graad van SS-generaal. Na de oorlog is hij kunnen ontsnappen naar Spanje, waar Franco hem in bescherming nam.
Waarom waren er zoveel collaborateurs? Toen ik nog kind was, vertelde mijn vader me veel over de oorlog waarin ik geboren werd. Mijn vader was geen collaborateur, maar hij vertelde me dat de Belgische koning Leopold III wel collaboreerde met Hitler en dat vele Vlamingen en Walen hun koning hierin wilden volgen, omdat ze ervan overtuigd waren dat ze toch niets konden ondernemen tegen het machtig ‘Duizendjarig Rijk’ van Hitler. Ze vertoefden zo’n beetje in dezelfde sfeer als de Belgae na hun hopeloze strijd tegen het enorm Romeins Rijk, dat nadien zo’n tien eeuwen is blijven bestaan.
En de verzetsstrijders dan? Mijn vader was
een kroongetuige en vertelde me dat vele verzetsstrijders België tot een
communistisch land wilden omvormen. Na de oorlog werden ze verheerlijkt, maar
we vergeten dat door hun verzetsdaden in veel families misère was ontstaan:
onschuldige gegijzelde familieleden waren immers door het Duits leger gefusilleerd
in represailles tegen de daden van het verzet. Geen enkel geregeld leger kan
en zal ongeüniformeerde gewapende tegenstanders aanvaarden. Die noemen we
tegenwoordig: terroristen. |
|||