- H m22h69,1 - |
|||
OORLOGEN
TUSSEN FRANKRIJK EN
DUITSLAND
|
|||
In de Eerste Wereldoorlog (1914 tot 1918)
en de Tweede Wereldoorlog (1939 tot 1945) brachten de Vlamingen en de Walen het
er zeer slecht vanaf. Hun territoria liggen tussen Frankrijk en Duitsland en
die twee grote landen gebruikten Vlaanderen en Wallonië als eerste slagveld
met alle gevolgen dienaangaande. Het ontstaan van beide oorlogen wordt
steeds toegeschreven aan specifieke redenen, maar toch is er een algemene
reden die aan de basis ligt. En
die algemene reden hebben we te ‘danken’ aan het karakter van de drie
kleinkinderen van Karel de Grote, meer dan duizend jaar geleden. Karel
de Grote heerste toen over het machtig Frankisch Rijk, dat even groot was als
het Romeins Rijk. Hij had één zoon die in leven bleef: Lodewijk de Vrome, en
die had drie zonen. Die
drie kleinkinderen van Karel de Grote erfden volgens de Frankische gewoonte
van die tijd elk een derde deel van het Frankisch Rijk. Twee
van hen, Karel de Kale en Lodewijk de Duitser, waren al van kindsbeen af
elkaars aartsvijanden. Gelukkig was hun oudste broer Lotharius een brave, die
voortdurend als bemiddelaar tussen hen optrad. Toen
zij het Rijk erfden, moest het dus verdeeld worden. Hierbij vormden de twee
aartsvijanden een groot probleem en er moest een oplossing gevonden worden om
oorlogen te vermijden. Daarom
erfde Karel het stuk in het westen waartoe Frankrijk behoorde en Lodewijk het
stuk in het oosten, waartoe Duitsland behoorde. En om die twee mooi van
elkaar gescheiden te houden, stelde de brave Lotharius zich tevreden met een
enorm langgerekt gebied dat tussen die twee in lag. Maar ondertussen zaaiden
Karel de Kale en Lodewijk de Duitser voldoende haat in hun eigen gebied. In
het begin hielp het langgerekt gebied van Lotharius wel om oorlogen te
vermijden, maar stilaan verbrokkelde dat gebied in allerlei kleinere landen,
waarin onder andere de Vlamingen en de Walen leefden, en die waren niet sterk
genoeg meer om de latere oorlogen tussen Frankrijk en Duitsland te voorkomen. Ook
Engeland speelde een belangrijke rol in die oorlogen. Vanop hun eiland keken
de Engelsen gedurende de gehele geschiedenis argwanend toe als op het Europees
vasteland een land te sterk werd. Zo’n land – dat kon Frankrijk of Duitsland
zijn – kon dan een gevaar betekenen voor hen. In een oorlog kozen ze daarom
steeds partij voor het zwakste land. Ze voelden zich dan ook later niet erg
gelukkig in een te sterk geworden neocommunistische EU en kozen voor een
‘British exit’, de Brexit. Meteen schoten de neocommunistische pers, radio en
tv in actie om de Engelsen tot andere gedachten te brengen en zo hun
neocommunistische broodheren van de EU aan zitjes te helpen: ons kent ons. * * * * * |
|||