H,m4,h3,3

 

WOELIGE  TIJDEN

In het begin van de twintigste eeuw begonnen België en andere landen zich volop te industrialiseren. De arbeiders werkten meestal in zeer slechte omstandigheden en werden onvoldoende gesteund door de bestaande politieke partijen. Daardoor ontstonden links gezinde partijen: socialisten, sociaal-democraten en communisten. Bovendien bleef in België de taalstrijd bestaan, omdat de Vlamingen, nochtans de grote meerderheid van de bevolking, onderdrukt werden door de franskiljons en de Walen, die in het zuiden leefden.

De Waalse industrie werd bevoordeeld tegenover de Vlaamse. De Walen steunden zich voornamelijk op de productie van hun steenkoolmijnen, die nochtans vlug verouderd waren en minderwaardige kolen voortbrachten. In Vlaanderen leefde men meestal van de vlasnijverheid en de landbouw. Gent bleef het centrum van de textielnijverheid.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Schema van

Vlaanderen en Wallonië

in België

 

 

 

Plots had men steenkool ontdekt in de grond van de Vlaamse provincie Limburg. De voorraad van enkele steenkoolmijnen was er tien keer groter dan die van de vele verouderde Waalse. Vanaf 1906 werden de Vlaamse in gebruik genomen. Maar hun winst werd door de franskiljons gebruikt om de verlieslatende Waalse mijnen in leven te houden... Ondertussen was België na Engeland de tweede industriële natie van Europa geworden met het dichtste spoorwegnet ter wereld. Vanaf 1908 werd Kongo een Belgische kolonie. De Vlaamse zeehavens werden voornaam door de groeiende invoer en uitvoer.

Op 17 februari 1934 verongelukte Koning Albert I, de 'soldaat-koning' van het IJzerfront in de Eerste Wereldoorlog. Niemand begreep hoe hij als prima bergbeklimmer tijdens de uitoefening van deze hobby in Marche-les-Dames van een gemakkelijk rotsje kon vallen. Kwatongen beweerden, dat de echtgenoot van zijn minnares, die aan de overkant van de Maas woonde, er voor iets tussen zat. Het zat een beetje in 't bloed van de familie, zo werd er gefluisterd. En hierbij verwezen ze naar de twee vorige koningen van België, die eveneens minnaressen hadden gehad. Arcadie Claret was de troetelbaby van Leopold I geweest en Blanche Delacroix, alias barones de Vaughan, had het leven van Leopold II een stuk aangenamer gemaakt.