Natuurlijk.
Ik heb veel eerbied voor onze dokters. In Vlaanderen hebben we goeie
dokters, zeer bekwaam, zoals mijn dokter. Maar, zoals in elk beroep zijn er
ook minder goeie en zelfs slechte. In die tijd woonde mijn huisdokter verder
en ik was nooit ziek. Monique en MM hadden een huisarts, die nabij woonde.
Maar 't was geen snuggere en hij had handen zo groot als kolenschoppen.
Waarom ze hém namen? Nu ja, soort zoekt soort, zeker? Eens, toen hij
Monique thuis had onderzocht, zei ik zo door m'n neus weg, dat ik wat pijn
had in mijn buik. 'k Had beter gezwegen. 'k Moest in de zetel gaan liggen
en met zijn kolenschoppen duwde hij mijn navel en al wat er onder lag tot
tegen mijn ruggengraat. 'k Ben er nadien een week niet goed van geweest.
"Ik voel niets speciaal", was zijn diagnose. En mijn ruggengraat
dan? dacht ik. En nu zou hij mijn zoontje willen laten opereren. Hela,
dacht ik, met heel Amerika maar niet met mij, hé.
Was
je vrouw op de hoogte van die Amerikaanse fraude?
Neen.
Monique las elke week haar Libelle, een vrouwenblad. Meer niet. Zij wist niets
af van dat Amerikaans schandaal. Ze had twee grote dozen. In de ene
bewaarde ze al die Libelles. Waarom weet ik niet, want ze keek er nooit
meer naar. In de andere verzamelde ze allerlei notities om schitterende
gerechten te bereiden. Waarom weet ik ook niet. Want op tafel kwamen
steevast een hoop patatten en groenten en een stuk vlees. MM, haar ma, was
van hetzelfde kaliber. Allebei weinig verstand en MM zelfs kwaadwillig. Een
goede raad: laat je nooit door zulke mensen leiden.
|
|