- N m19h54,2 - |
|||||
Timi vertelt
over DE MOSLIMLEERLING |
|||||
Mijn
secundaire school was gemengd. Meisjes en jongens. Onder hen was er één
moslim. Eén maar. Maar die ene heeft mij een jaar lang het leven zuur
gemaakt. Hij werd op mij verliefd en beschouwde me vanaf dat moment als zijn
persoonlijk bezit. Hij herhaalde dat Allah het zo wilde. Terwijl ik hem
voortdurend duidelijk maakte dat ik hem kwijt wilde, begon hij zich meer en
meer aan mij op te dringen. Ik kreeg schrik. Zijn stalking werd steeds
gevaarlijker. Hij toonde me dat hij zes springmessen in zijn kousen had
verstopt. Een jaar lang heeft hij me elke dag
na schooltijd achtervolgd vanaf de school tot aan mijn huis. Ik zocht hulp en
sloot daarom vriendschap met een andere leerling, een forsgebouwde gast. Die
was direct bereid om mijn lijfwacht te worden. Daardoor bleef de moslim
aanvankelijk op een afstand. Maar op den duur hielp dat ook niet meer en mijn
lijfwacht was verplicht om ‘dat gastje’ een serieus pak rammel te geven.
Daarop nam de moslim wraak. Eerst zette hij een Duitse scheper tegen mij in.
Met die hond stond hij me op te wachten op de Reien en liet hem op mij los
toen ik uit mijn huis kwam. Maar dat mislukte, want ik begon vriendelijk
tegen die hond te spreken en die kwam kwispelstaartend naar mij. Enkele dagen
later zette die moslim de banden van onze auto plat en weeral enkele dagen
later bekladde hij onze voordeur en voorgevel met zwarte verf. Daar had hij
bedreigingen opgeschreven en de lelijkste woorden, zoals hoer, vuile hoer en
ik zal u wel krijgen. Op mijn ouders kon ik nooit rekenen om hulp te krijgen.
Ze schoven de schuld altijd op mij. Om aan hun reactie te ontkomen, zei ik
deze keer aan Gineď dat die opschriften zeer zeker tegen haar bedoeld waren.
Maar toch heb ik moeten meehelpen om alles op de gevel en de deur te
overschilderen. Het werd me toen toch echt te veel. Ik heb dat aan mijn
lijfwacht verteld. Het gevolg was dat alle ruiten van die moslim zijn huis
herhaaldelijk werden kapotgegooid. Van een oud manneke dat enkele huizen
verder woonde, hoorde ik dat hij hierover zeer content was, omdat die
moslimfamilie van zijn zwakheid voortdurend misbruik maakte om hem te
koeioneren. Bovendien hadden die moslims ook eens zijn ruiten ingeslagen. Deze
keer echter begon de politie zich met de zaak te bemoeien. Tijdens het
onderzoek werd geconstateerd dat de moslim zijn vader illegaal in het land
vertoefde. Die is dan meteen gevlucht naar het buitenland. De klachten
stapelden zich op en de moeder werd uiteindelijk met haar twaalf kinderen uit
het huis gezet. Ook zij zijn vertrokken naar het buitenland. Op die manier
heeft de politie me van die moslim verlost. |
|||||