- 062 -

 

 

 

 

 

 

Hij behaalde goede resultaten: steeds de eerste of de tweede van de klas. Nochtans was er bij de overgang van het lager naar het hoger middelbaar een probleem. Vanaf 't begin van het lager middelbaar had hij na overleg met zijn vader gekozen voor de Latijnse afdeling, omdat hiervoor meer studierichtingen in de universiteit open stonden, zoals dokter en dierenarts. Latijn stond in die jaren hoog aangeschreven en wekelijks besteedde zijn klas vele uren les aan die dode taal. Na drie jaren had henry er echter genoeg van. Iets in hem kwam in opstand.

Hij had een betere kijk gekregen op de toekomstmogelijkheden waarmee hij zichzelf later als kunstschilder kon sponsoren. Keuze genoeg! Als licentiaat in de wiskunde, fysica of scheikunde kon hij in het onderwijs les geven en alzo tijdens de vele vakantiedagen schilderijen maken. Zijn interesse in de wetenschappen was bovendien zó gegroeid, dat hij het beroep van burgerlijk ingenieur ook zeer aantrekkelijk vond, omdat hij er zijn kennis in praktische resultaten kon omzetten. En aangezien hij ondertussen bij de zeescouts was, vond hij het avontuurlijke leven als kapitein van een handelsschip ook fantastisch... Eigenlijk te veel keuze!

Sst... zijn levensloop ging ons, en voornamelijk hem, nog verrassen!

Als grote dierenvriend overwoog hij zelfs ook om dierenarts te worden, maar daarvoor moest hij die dode taal blijven studeren. En dat wilde hij niet meer: in het hoger middelbaar wilde hij overstappen naar de moderne afdeling, waar meer nadruk werd gelegd op de moderne talen: Nederlands, Frans, Engels en Duits.

Om echter over te stappen van de Latijnse naar de Moderne, moest hij zich wenden tot de directie. En dat was in het atheneum bijna ondenkbaar. De tucht was er enorm. Om maar een voorbeeld te geven: na de speeltijd ging de bel en moesten de leerlingen vlug per klas in twee rijen gaan staan. Bij het tweede belsignaal mochten de leerlingen niet meer spreken of omkijken en kwamen de leraars buiten en gingen elk vóór hun klas staan. Algemene stilte. Meestal verscheen toen ook mijnheer Vermeere, de provisor, die als onderdirecteur met zijn studiemeesters in stond voor de
tucht. En wee de leerling die nog durfde bewegen! Iedereen had ontzag voor, ja zelfs schrik van Vermeere. Bij de derde beltoon vertrokken dan de leerlingen in goede volgorde naar hun lokalen, waar ze in stilte op hun plaatsen gingen zitten. Dit bevorderde natuurlijk het lesgeven, wat de leergierige henry ten zeerste waardeerde.

In zulke situatie was het voor een leerling al een hele stunt om met Vermeere contact te durven nemen. In 't begin van het nieuw schooljaar verzamelde de zestienjarige henry al zijn moed, stapte naar de provisor en vroeg hem beleefd om van de Latijnse naar de Moderne te mogen overgaan. Vermeere bekeek hem streng en antwoordde dat dit niet kon. Teleurgesteld keerde henry terug naar zijn plaats in de rij. Door zijn hoofd bonsde het van: waarom niet?!