|
Om te beginnen
werd dit machtig rijk verdeeld onder drie broers: Karel II de Kale kreeg het westelijk en Lodewijk de Duitser het oostelijk stuk. De
oudste, verstandigste broer Lotharius kreeg het langgerekte
middenstuk om zijn beide vechtlustige broers gescheiden te houden. Aldus werd
België in het middenstuk voorbestemd om als bufferstaat en slagveld te dienen
van het latere Frankrijk in het westen en het latere Duitsland in het oosten.
|
Vanaf de
negende eeuw ontstond het graafschap Vlaanderen. De graven van Vlaanderen
bouwden hun woonst, het Gravensteen, in Gent. De
Vlamingen bewoonden een groot deel van het huidige België, Zuid-Nederland
en Noord-Frankrijk.
|
|
|
GRAVENSTEEN
|
Inmiddels hadden de Mohammedanen het katholieke
Spanje veroverd. Vanaf de elfde eeuw begonnen de kruistochten tegen de Islam,
waartoe de katholieken door de Paus werden opgeroepen, met het doel Jeruzalem
van de Mohammedanen te bevrijden. Ook vele Vlamingen maakten deel uit van de
duizenden kruisridders.
Het Frans chauvinisme zal voortdurend trachten zijn taal op te dringen bij andere
volkeren. De Vlamingen kunnen daarvan meespreken! Op 11 juli 1302 overwon een
Vlaams burgerleger, geleid door de Zeeuwse ridder Jan van Renesse, het
machtig Frans ridderleger van koning Philips IV de Schone. De Vlaamse boeren
en stedelingen stonden opgesteld achter de Groeningebeek
met hun rug tegen de muren van Kortrijk en moesten dus wel tot ter dood
blijven doorvechten. De gevechtslinie kwam dus overeen met de latere autobaan
van Gent naar Kortrijk. De Gentenaar Jan Borluut
had met zevenhonderd anderen het Vlaams volksleger versterkt. Nochtans had
Gent onder leiding van de Franse Leliaards de kant van de Franse koning
gekozen. Volgens militaire normen zouden de Fransen normaal hebben
moeten winnen, gezien in die tijd elke ridder gelijk stond met tien geoefende
infanteristen. Nochtans verloren de Fransen en op het slagveld vond men
nadien de gulden sporen van een duizendtal Franse ridders. Vandaar de
populaire benaming van deze veldslag: de Guldensporenslag. In Gent ontstond
na deze overwinning voor het eerst een kortstondig democratisch bestuur. Gent
werd een fiere stad, waarvan de 'drie torens' het zinnebeeld werden, omdat ze
mooi op één rij werden gebouwd: de St.-Niklaaskerk
(13e eeuw), het Belfort (14e eeuw) en de St.-Baafskathedraal
(15e eeuw).
|
|
|
DE DRIE TORENS
|
In 1517 kwam de priester Maarten Luther in Duitsland op tegen de talrijke
misbruiken die de Paus in zijn kerk had gebracht: door de handel in aflaten
bij voorbeeld konden de rijken volop zondigen en misdrijven plegen. Luther en
Calvijn moesten onderduiken, doch hun volgelingen, de Protestanten, groeiden
voortdurend in aantal. Enkele jaren nadien brak de 'beeldenstorm'
uit: alle beelden werden in de kerken kapot geslagen. De
protestanten aanzagen ze als afgoderij, de armen als uiting van rijkdom, en
de adel als weerspiegeling van kerkelijke macht. Alzo werden vele
kunstwerken vernield.
|
|
