- H m14 h27,20 - |
||||
|
||||
Maar er ontstonden allerlei organen en comités. Overzeese gebieden van Portugal werden onafhankelijk. De toestand leek onstabiel. Oude en nieuwe partijen organiseerden en reorganiseerden zich en het was aanvankelijk onduidelijk of er zich werkelijk een democratie aan het vormen was. Sommige streken neigden zelfs naar het communisme.
20 juli: Turkije deed een invasie op het veel kleinere Cyprus. Cyprus telde bijna 85% Grieks-orthodoxen en slechts zo'n 15% Turkse moslims. Deze laatsten zochten voortdurend boel met de niet-moslims. Met het 'Akkoord van Londen' was in 1959 de onafhankelijkheid van het eiland Cyprus gegarandeerd door Groot-Brittannië, Griekenland en Turkije. Maar Turkije, waarvan de bevolking voor 99% uit moslims bestond, trok er zich 15 jaar later niets van aan en liet zijn militairen op Cyprus landen. Omdat Griekenland onvoldoende hulp kreeg van het Westen, verliet het de NAVO en zocht in een domme opwelling wanhopig steun bij Rusland. In korte tijd had Turkije 40% van Cyprus ingepalmd.
9 augustus: President Nixon trad af door de Watergate-affaire. Richard Milhous Nixon werd geboren op 9 januari 1913 in Yorba Linda in Californië. Hij was advocaat, daarna was hij tot 1946 bij de marine, vervolgens schoot hij zich in de politiek en in 1968 werd hij president van de Verenigde Staten. Een diepgaand en langdurig onderzoek wees echter uit dat hij zich in de voorbije jaren had bezondigd aan een hele reeks politieke en financiële schandalen om zijn presidentiële stoel te behouden. Er werd zelfs ingebroken en verborgen afluisterapparatuur geplaatst in het hoofdkwartier van zijn politieke tegenstrevers, dat gelegen was in het Watergate-gebouwencomplex in Washington. Vandaar de naam voor het schandaal. Nixon nam ontslag en stierf twintig jaar later in New York City op 22 april 1994.
* * * * * * * |
||||