- N m7 h11,3 -

 

 

F  R  A  N  S  K  I  L  J  O  N  S

 

- BOTSING  LETTERLIJK  EN  FIGUURLIJK -



Enkele maanden na de sigarettenaffaire besloot vader Edmond voor henry een fiets te kopen. Door de weinige auto's op de weg was het fietsen in Gent tamelijk ongevaarlijk. Samen waren ze de nabijgelegen velowinkel binnengestapt en Edmond had er een fiets op maat besteld. "Al de velo's die hier ophangen, zijn wel goed, maar 't moet nóg een betere zijn," verduidelijkte hij met rondzwaaiende armbewegingen, "zodat hij gans zijn leven kan meegaan. Eén die ge zelf met de beste stukken samenstelt, met alles erop en eraan, een sterke, één uit staal! 't Mag geld kosten!" Edmond kende goed de fietsenmaker, een oude rat in zijn vak. Een week later en nadat hij het verkeersreglement had geleerd, reed henry reeds met zijn blinkend, stalen paard naar het atheneum.

Op een dag reed henry na de lessen naar huis, passeerde het Belfort en de Sint-Baafskathedraal en reed op de Limburgstraat bergaf langs de tramlijn. Achter het standbeeld van Lieven Bauwens verscheen plots de neus van een kleine Citroën, waardoor henry voorzichtig zijn snelheid verminderde. Nochtans, volgens het reglement reed hij op een voorrangsweg met tramrails. Hij zag dat het tweepeekaatje stil bleef staan en dus trapte hij gezwind verder. Op het moment dat hij bijna voorbij was, schoot de wieg vooruit. Pats, tegen zijn achterwiel en henry trachtte nog zijn evenwicht te houden, maar smakte een eindje verder tegen de grond.

Hij kroop recht en bekeek vlug de schade. De wieg, waarin slechts één vrouw zat, stond nog ter plaatse. Zijn fiets was beschadigd, zijn kostuum was hier en daar gescheurd, zijn vulpen liep uit,... Op het moment dat hij naar de vrouw in de auto wilde gaan, gaf ze plankgas en verdween uit het gezicht. Nog net kon henry haar autoplaat en het adres van een getuige noteren. Met kapotte kleren en een gedeeltelijk herstelde fiets reed hij daarna naar huis. Daar vernam zijn vader dat de aanklacht moest ingediend worden op het commissariaat van het Rond Punt. Dat viel slecht voor henry, die om studieredenen zijn tijd juist erg nodig had. Maar klagen hielp toch niet. Dus vader met zoon per tram naar het Rond Punt.

Op het commissariaat telefoneerde de ondercommissaris direct naar de vrouw die vluchtmisdrijf pleegde. Toen ze hem in 't Frans antwoordde, steeg ook de interesse van de commissaris, die, van zodra hij hoorde dat ze bovendien een gravin was, het kantoor van de ondercommissaris opnieuw binnen stapte en vader Edmond gebood om buiten te gaan en in de gang te blijven wachten. Alzo bleef henry, een jonge Vlaamse puber, alleen en zonder steun achter om zijn rechten te verdedigen tegenover een Franskiljonse gravin. Vooraleer naar zijn eigen bureau terug te keren, gelastte de commissaris de ondercommissaris om de zaak grondig te onderzoeken en hem voortdurend op de hoogte te houden.