- 523 - |
||||||
|
||||||
In de omgang met
Berten had henry hem al goed kunnen taxeren. En uit wat Timi hem zonet had
verteld, werd henry’s vermoeden bewaarheid: voor Berten waren de grenzen
tussen fictie en werkelijkheid totaal verdwenen. Aan de ene kant drong hij
zich overal op als een macho en aan de andere kant gedroeg hij zich als een
klein kind dat in een droomwereld leefde en van alles en iedereen
profiteerde. Zo vond hij het heel normaal dat hij van zijn vrienden en
kennissen en zelfs van zijn gezin alles kreeg zonder er iets te moeten voor
terugdoen. Hij vond het heel normaal dat zijn dochter Timi zich voor hem elke
dag uitsloofde op drie jobs en werkte als een ploegpaard, als hij er maar met
het geld dat ze verdiend had elk jaar een andere auto kon mee kopen. Als een
grand seigneur wilde hij elke dag erop uittrekken in een chic pak en daarvoor
moesten telkens twee vers gestreken hemden klaarliggen, een voor ’s morgens
en een voor ’s namiddags. Timi moest ze maar tijdig gewassen en gestreken
hebben. Ook vond hij het normaal dat hij nooit hoefde te werken en elke maand
van de staat een minimumloon kreeg, dat hij ten andere volledig voor zichzelf
opgebruikte. Daar zag zijn gezin geen sikkepit van. Dat ondermijnde
natuurlijk ferm Timi’s gezondheid. Kortom, Berten gedroeg zich als een verwend
kind zonder verantwoordelijkheidszin. Dat
kon voor Timi wel eens gevaarlijk worden. Eens nam Berten henry mee
naar een tweedehands verkoopzaal, omdat daar een magnifieke Amerikaanse
LeBaron blinkend op een nieuwe eigenaar stond te wachten en hij was verbaasd
omdat henry hem die auto zomaar niet cadeau deed…
|
||||||