- 017 -

 

 

Een dag later zagen ze in de verte een gevechtsvliegtuig dat evenwijdig met hen vloog. Eerst dachten ze dat het een bevriend toestel was tot wanneer het plots zijn snelheid opdreef, een halve cirkel maakte en van boven de boomkruinen vóór hen regelrecht op hen af dook. Iedereen weeral de grachten in. Uitgenomen de mitrailleurschutters. Ze konden de piloot zien terwijl hij al schietend over hen heen raasde. De schutters draaiden hun mitrailleurs honderdtachtig graden en vuurden verder. Opeens kwam een donkere rookpluim uit de staart van het vliegtuig en het dook een heel eind verder de grond in. Met een grote boem nam het afscheid van deze wereld.

Achttien dagen na het uitbreken van de oorlog en na vele
gevechten waren ze in de Westhoek van Vlaanderen aangekomen. Ze waren vermoeid. De strijd had hen uitgeput. Links van hen zagen ze een kerktoren op ongeveer twee kilometer afstand. Ze vervolgden hun weg, uren aan een stuk, maar die kerktoren bleef voortdurend links van hen. Stilaan begrepen ze het: ze reden steeds in een rondje omdat ze door de vijand waren ingesloten. Het Belgisch leger had zo lang mogelijk stand gehouden om de Engelse soldaten toe te laten om in te schepen en naar hun land terug te keren.
Uiteindelijk kwam het bevel: "Wapens en paarden inleveren!". De wapens werden gebundeld. En ondanks alle gevaren die Edmond had getrotseerd, werd dit zijn zwaarste moment: hij moest zijn knollen bij de andere paarden achterlaten. De tranen schoten in zijn ogen. En 't was precies of Stropke hem had begrepen. Het paard keek hem aan en legde z'n kop op Edmonds schouder. En Edmond zag dat de ogen van Stropke ook waterig werden.

Een half uur later kwamen reeds de eerste Duitse militairen aan. Ze waren goed gedisciplineerd en namen met een brede overwinnaarsglimlach plaats in de cafés rechtover de overwonnenen. Voor het eerst zag Edmond zijn vijand recht in de ogen. Het waren goed bewapende elitesoldaten met opgerolde hemdsmouwen, terwijl hijzelf en zijn vrienden gebukt gingen onder een zwaar uniform.
"Sie sind gute Soldaten!", riepen de moffen naar hun krijgsgevangenen. 'Gute Artillerie! Sehr gut geschossen!". 't Was precies alsof ze het de Belgische artilleristen niet kwalijk namen dat ze door hen veel kameraden hadden verloren.

Ze boden Edmond en zijn makkers zelfs drank aan. De Belgen hadden inderdaad dorst, maar weigerden ook maar iets van de nazi's te aanvaarden.

Edmond vernam later dat Stropke met de andere paarden door de Duitsers naar het oostfront was gebracht en er sneuvelde op de ijskoude, ondersneeuwde, uitgestrekte Russische vlakte.

 

 

Links: de sporen van Camille in 1914-18.
Midden: Edmond had geluk; een projectiel beschadigde slechts zijn helm.
Rechts: de sporen van Edmond in 1940.