- 527 -

Jaja, ze was meerderjarig, dus tegenover Timi was alles in orde. Maar tegenover je echtgenote Monique, hoe zat dat?

Tegenover Monique? Zeg liever: tegenover het thuisfront. Want bij mij thuis was vanaf half december 1991 de hel volop losgebroken.

 

Dat was toch kort vóór je pensioen?

Ja. En ik die altijd had gedacht dat ik na mijn loopbaan een kalm pensioen tegemoet zou gaan. Alleen maar schilderen vanaf die datum. Maar nee dus. Want MM, de moeder van Monique, had met afgrijzen die datum zien naderen. Dan zou ik ganse dagen thuis zijn, zo redeneerde ze. Ze vreesde dat zij dan de greep op haar dochter en haar kleinzoon Sven zou verliezen. Die twee beschouwde ze als haar ‘eigendommen’ en moesten haar eigendommen blijven. Dat mens zag in mij dus een gevaar. En dat gevaar moest uitgeschakeld worden. Het werd één tegen allen. Ik tegen de rest, want MM begon iedereen tegen mij op te stoken. Ze zaaide vanaf dan met verdubbelde ijver haat en nijd tegen mij zowel in haar familie als in haar straat. In de Vlierstraat woonde in die tijd laag-bij-de-gronds volk. Bovendien wist de sluwe MM dat ze mij het meest kon treffen door zowel mijn echtgenote Monique als mijn zoon Sven tegen mij op te hitsen. Dat was ik natuurlijk in het verleden al meermaals gewaargeworden, maar als officier vond ik toen dat ik boven elke roddel moest staan. Ik had dus niet gereageerd.

 

Misschien had MM deze keer iets gemerkt van je verhouding met Timi ?

Neen. Timi en ik waren zeer voorzichtig. Noch haar ouders noch mijn kant hadden daar iets van gemerkt.

 

Met welke argumenten stookte MM dan iedereen tegen jou op?

Argumenten? Roddels, ja. Vele jaren later vernam ik zelfs van sommigen dat er werd verteld dat ik Monique sloeg. Op mijn woord van officier: ik heb nooit één vinger naar haar uitgestoken.

 

Wat waren de gevolgen van al haar roddels?

Je kunt niet geloven wat men met roddels allemaal kan teweegbrengen en kapotmaken! Gedurende zowat twintig jaar had mijn schoonmoeder er mijn huwelijk mee vergruisd en nu wilde ze me met haar roddels de genadeslag toebrengen. Ik moest kapot. Haha, dat ging natuurlijk niet lukken. Ik heb het niet gemakkelijk gehad, maar een marinier kan en mag niet falen. En bovendien is er nog die ‘magische hogere hand’ die voor de rest zorgt. Niet ik, maar MM is eraan ten onder gegaan. In totale eenzaamheid is ze gestorven. Maar nu loop ik vooruit op de feiten.

 

Juist. Wat is er daar dan allemaal gebeurd?

Veel. Ik heb alles genoteerd. Op datum. Maar ik waarschuw je: het wordt een heftig, dramatisch relaas.

 

Geeft niet. Vertel me maar zelf de feiten, chronologisch. Ik laat jou nu volledig aan het woord.

 

GEVAARLIJKE  ZOON

“Awel, eind januari 1992 was mijn zoon Sven zodanig door MM tegen mij opgehitst, dat hij in staat was om me te vermoorden. Door mijn militaire opleiding ging dat natuurlijk overdag niet lukken. Dat besefte hij maar al te goed. Maar als ik ’s nachts lag te slapen, kon hij dit wel doen. Hij bleef verdacht lang elke dag tot één uur ’s nachts op zijn slaapkamer naar de televisie kijken. Ik bleef wakker tot wanneer ik er zeker van was dat hij was ingeslapen.”

 

EERSTE  EPILEPTISCHE  AANVAL

“Half februari 1992 kreeg Monique door de hersentumor haar eerste epileptische aanval. We zaten ‘s avonds in de zitplaats. Plots begon ze te roepen vanuit het diepste van haar keel. Precies heksengehuil. Haar ogen werden wazig en draaiden om tot witte bollen. Dan viel ze neer, brullend als een heks. Daarna stierf het gehuil weg. Er stond schuim op haar mond. Haar tanden waren strak opeengeklemd. Na een kwartier kwam ze weer bij en na een half uur was ze weer normaal en herinnerde zich niets van het gebeuren.”